Isabel

12x Als je familie aan de andere kant van de wereld woont

1 Voor wie ben je?!

Laten we maar meteen bij het meest belangrijke beginnen: voetbal. Als ‘ze’ tegen elkaar moeten voor wie ben je dan? Zorgt iedere wedstrijd weer voor de (on)nodige discussies.

2 Hoe laat is het?

Je moet vaak wachten tot het tijd is om te bellen als je iets leuks te vertellen hebt. En soms heb je er geen erg in dat het daar vroeger of later is. Oeps... Sorry voor het wakker bellen!

3 Fiesta!

Feestdagen met de familie? Vergeet het maar. Leuk die vrolijke foto’s op Facebook, waarop iedereen daar gezellig aan een lange tafel bij elkaar zit. En jij hier... Heel ver van hen vandaan... Proost!

4 Kom je ook? - Nee

Je mist alles, maar dan ook echt alles! Verjaardagen, bruiloften, diploma-uitreikingen... En wat worden die schattige kinderen van je neven en nichten snel groot.

5 Verdrietig

Het is pas écht ver weg op het moment dat er iemand is overleden. Een knuffel geven aan iemand die het op dat moment het hardst nodig heeft... Dat is niet altijd mogelijk. En de afgelopen tijd maakte het er niet makkelijker op.

6 Eh.. leuk!

Iedereen die naar ‘jouw land’ is geweest heeft er meer gezien dan jij. Voor jou is er namelijk maar 1 plek écht belangrijk: daar waar je familie woont. Ik moet daardoor weleens snel stiekem opzoeken waar het precies over gaat als iemand enthousiast vertelt over ‘dat ene plaatsje’.

7 Chau!

Het afscheid als je een aantal weken samen met je familie hebt doorgebracht, en weer naar huis gaat is niet leuk. Wie weet wanneer je elkaar weet ziet. Zwaaien dus totdat de bus helemaal uit het zicht verdwenen is.

8 Met de paplepel

Zonder er al te veel moeite voor te hoeven doen, leer je een tweede taal. Sommige woorden kende je, toen je nog klein was, niet eens in het Nederlands. En iedereen die de desbetreffende taal niet of nauwelijks spreekt, denkt dat je je perfect kunt uitdrukken.

9 Fame

Omdat niet iedereen familie heeft in Verweggistan, weten alle buurtbewoners dat jíj́ het bent als je bij je familie verblijft. Dus ook al ga je alleen maar even snel naar de winkel. Er is altijd wel iemand die je aanspreekt.

10 Dat is normaal, toch?

Je vindt sneller iets normaal, omdat je bent opgegroeid met extra gewoonten en gebruiken. Waar anderen bepaalde tradities gek of raar vinden, kijk jij nergens meer van op.

11 Home

Je hebt een tweede thuisland. Een plek waar je steeds weer naar terug gaat. Ook al is het maar eens in de zoveel jaar. Je voelt je er thuis. En je bent altijd welkom, want er wacht een hele familie op je!

12 We zijn er bijna...

En last, but certainly not least: je maakt om de zoveel tijd een hele bijzondere reis. Een reis die je normaal gesproken niet zou maken. Je komt op plekken die je normaliter over zou slaan en ontmoet mensen die je nooit meer vergeet. En het gevoel dat je iedere keer weer krijgt als je bijna in ‘het stadje’ bent, is onbeschrijfelijk!!